De belangrijkste functie van internet was tot nu toe het verbinden van mensen. De evolutie ging van communicatie naar commerce. Hoewel het communicatie- en commerce-gedeelte blijft vorm krijgen gaan we de komende 10 jaar richting iets nieuws: coördinatie, coordination economy.


Naarmate “the internet of things” verder groeit, wordt het mogelijk om steeds sneller mensen en middelen te mobiliseren. Het trio internet, objecten en mensen zorgt voor oneindige mogelijkheden in de toekomst.

Eerste signalen

Je merkt al duidelijk de eerste signalen van deze evolutie naar een coördinatie-economie. Denk aan The Matternet. Zij zetten vliegende quadrocopters in om in ontwikkelingslanden dringende berichten of middelen te leveren vanop afstand. Het manifesteert zich ook in kleinere acties. Zo is er in een aantal grotere steden een systeem waarbij mensen met een basiskennis EHBO verwittigd worden via smartphone als er vlakbij iets gebeurd is. Zo worden burgers meer de “first responders” bij ongevallen en is er sneller hulp.

Google misschien ook eens Uber, Lyft en Airbnb. Dit zijn concepten die mensen en middelen coördineren (soms over heel de wereld) om het teveel aan resources op de ene plaats te kunnen inzetten waar het nodig is. Airbnb heeft als basis het concept van couch-surfing. Waarbij mensen met beperkt budget in het buitenland kunnen verblijven bij wie plaats heeft. Zij kunnen er op hun beurt een centje mee bijverdienen. Coordination economy, dus.

De bouw van je huis zelf coördineren

Het zal absoluut niet meer lang duren eer we verregaande concepten opmerken. Ik neem even het voorbeeld van Jason Tester (Institute for the Future). Hij heeft weet van een aankomende applicatie waar je zelf de bouw van je huis kan coördineren. De app zou toelaten dat je het huis eerst ontwerpt. Daarna neemt de tool over en zal die de bouw coördineren.

Hoe? Door op het juiste moment de juiste stoffen aan te kopen, de levering te tracken en vervolgens de juiste mensen in te huren om hun deel van de bouw uit te voeren. Dankzij de combinatie van sensoren, internet of things en snelle communicatie zou het dus mogelijk zijn om niet meer beroep te doen op een architect of een aannemer.

Disruptive

De basis bij coordination economy is het feit dat middelen en mensen snel en geautomatiseerd kunnen vervoerd worden en zo efficiënt mogelijk worden ingezet. Dit zal onder andere invloed hebben op de manier waarop we werken. MobileWorks is bijvoorbeeld een concept waarbij je voor elke kleine taak on-demand de juiste mensen kan vinden.

Naar transport toe moeten we ook al niet meer ver zoeken. Denk aan de zelfrijdende auto van Google. Daar worden al succesvolle testritten mee gedaan. Het staat dan misschien niet meer op punt, maar lang zal het niet meer duren.

Waarom is dit disruptive?

Disruptive betekent dat het een bestaande markt of niche compleet overhoop haalt. E-commerce was disruptive voor de retailsector, om een voorbeeld te geven.
Enkel al het voorbeeld van het automatisch gebouwde huis is een bewijs van de “disruptiviteit” (I know, geen correct Nederlands). Waar het internet in het verleden specifieke sectoren of niches overhoop haalde, zal het dit nu doen met de hele economie. Aannemers, architecten, autobouwers, transportbedrijven, logistieke bedrijven, administratie, boekhouders en ga zo maar door. Allen zullen het effect van de coordination economy duidelijk voelen. En bij sommigen zal het pijn doen, want wie de trein niet ziet aankomen, zal er waarschijnlijk ook niet opstappen.

En natuurlijk is er ook weerstand

Het is in dit geval niet anders dan wanneer er nieuwe technologieën of werkwijzes naar voor komen. Er is altijd weerstand. Het eerder vernoemde Airbnb bijvoorbeeld, zij liggen in de clinch met “housing regulators” en huisbazen. Want je zou hun service kunnen interpreteren als onderverhuren en dat mag in de meeste gevallen niet.

Ook bij grotere agencies en service verleners begint het te borrelen. Je ziet steeds meer artikels en open brieven waarin men pleit voor het feit dat kwaliteit geld kost. Dit is meestal een antwoord op de – in hun ogen – “cowboys” die zich als freelancers groeperen tot soms wereldwijde organisaties. Zij kunnen aan veel lagere prijzen werken dan agencies met een kostenstructuur.