De Canadese premier Justin Trudeau (links), groot voorvechter van technologie binnen de overheid, mocht de GovTech Summit in Parijs openen

De technologiegolf verandert de manier waarop landen belastingen innen, diensten verlenen, welzijn verdelen, veiligheid in stand houden en nog veel meer. Aan de basis van deze verandering ligt de opkomst van Government Technology, kortweg GovTech: technologieën gericht op openbare diensten en specifiek ontwikkeld voor overheidsdoeleinden. Waar de overheid vandaag vaak nog steeds functioneert als een logge tanker, rijst steeds meer de vraag hoe zij start-ups optimaal kunnen inzetten als speedboats om beter bestuur en interactie met de bevolking te bevorderen. Tijdens de GovTech Summit in Parijs werd over dit specifieke thema heel wat kennis en ervaring gedeeld.

Het is nog nooit zo eenvoudig geweest om een taxi of een pizza te bestellen, een film te streamen, of gewoon om te chatten vanop elke plek in de wereld. Consumentengoederen en diensten zijn steeds meer op maat van de individuele eindconsument. Wat Airbnb en Google gemeen hebben, is dat hun services en platformen ontwikkeld zijn door de bril van de gebruiker. Hun interfaces worden continu bijgewerkt om steeds naadlozer, efficiënter en betrokkener te zijn. Dezelfde standaarden verwachten burgers nu ook bij overheidsdiensten.

De ambtenaar die zelf start-up ondernemer werd

Michael O’Dwyer, founder en CEO van het Ierse bedrijf SwiftComply, werkte ooit als ambtenaar bij de gemeente Dublin waar hij het allereerste Europese regelgevingsprogramma ontwikkelde om het groeiende probleem van fatbergs (vet in de riolen, in combinatie met doekjes en andere troep) in de stad op te lossen. Hij ondervond hoe verouderde regelgevingsprocessen en de gefragmenteerde relatie tussen restaurateurs en toezichthouders zijn inspanningen belemmerden.

Na een van de meest efficiënte FOG-programma's in Europa te hebben opgezet met een vermindering van 95% fatbergs, begon hij met het creëren van een tool die een revolutie teweeg zou brengen in hoe steden samenwerken met de horecazaken om dit wereldwijde probleem op te lossen. Zijn bedrijf zag het levenslicht in 2016.

Het omgekeerde gebeurt ook: start-up ondernemers die als werknemer in de overheidssector aan de slag gaan. De Franse Frédéric Bardolle is zo iemand, vandaag staat hij aan het hoofd van Digitale Ontwikkeling bij het ministerie van defensie.

Alles binnen handbereik voor de overheid

Op 12 november, tijdens de Paris Digital Week, vond in de Franse hoofdstad de GovTech Summit - Le Sommet des GovTech - plaats. Meer dan 1.500 bedrijven, start-ups, ambtenaren, investeerders, politici en academici uit de hele wereld woonden deze internationale top bij om kennis en ervaring uit te wisselen over het versterken van de relatie tussen overheden en het bedrijfsleven.

Lily Van Hende mocht op de GovTech Summit pitchen voor SwiftComply

Zo werd er volop gedebatteerd over de toekomst van het overheidsorgaan in het algemeen. Procedures versoepelen om mee te dingen naar openbare aanbestedingen was er een veelbesproken item. De technologische mogelijkheden zijn haast oneindig, overheden hadden nog nooit zoveel opties binnen handbereik om betere, efficiëntere en meer burgergerichte diensten te kunnen leveren.

Maar start-ups die mee de overheid van de toekomst willen vormgeven, komen heel wat hindernissen tegen wanneer ze hun oplossing aan de betrokken instantie verkocht willen krijgen. Deze worden vaak goed onthaald, maar de totstandkoming van een geldend samenwerkingscontract is vaak tijdrovend en energieverslindend. Dit is nefast en een no-go voor veel start-ups. Om nog maar te zwijgen over de betaaltermijnen die tussen 30 en 60 dagen liggen.

Technologie-adaptatie

Beleidsmakers beseffen het wel, maar een systeem veranderen dat decennialang gewoon is om aan een lage tempo te werken, is niet vanzelfsprekend. Gelukkig zien we steeds meer millennials opduiken bij de overheid. Zij versnellen de technologie-adaptatie omdat ze op het werk minstens hetzelfde niveau van technologie verwachten als wat ze thuis gewoon zijn.

Gelukkig zien we steeds meer millennials opduiken bij de overheid, want zij versnellen de technologie-adaptatie

Blockchain voor authenticatie van burgeridentiteiten, op AI gebaseerde gezichtsherkenning voor veiligheidsdoeleinden, deep learning om de medische diagnostiek te helpen verbeteren, en chatbots om interacties met burgers te verbeteren. Allemaal goed en wel, maar de burger verwacht vooral dat de overheid het gebruiksgemak, de user experience, en persoonlijke voordelen vooropstelt.

De individuele verwachtingen zoals tijdsbesparing primeren boven deze van de overheid. De burger ligt er niet wakker van dat technologie voor de overheid geldbesparend kan werken, of dat de overheid gewoon efficiënter werkt. Die wil in de eerste plaats informatie over zijn belastingen, gezondheid, justitie, school, werk of burgerlijke status.

Investeren in kmo’s en start-ups

De eerste golf van technologie voor overheden ging over grote, eenmalige IT-oplossingen om medische dossiers online te krijgen voor artsen of om te voorkomen dat ambtenaren onder papierwerk verdrinken. In 2015 besteedden overheden volgens Gartner 425 miljard US dollar aan IT, een cijfer dat alleen door bankieren en industriële bedrijven werd verslagen. De begunstigden waren grotendeels wereldwijde IT-providers en consultants.

Tot voor kort besteedde de overheid haar budgetten voornamelijk per project. Maar nu ziet zij in dat aankoop net een kans is om bredere beleidsresultaten te bereiken, zoals het ondersteunen van start-ups.

Eerder dit jaar lanceerde de Europese Commissie VentureEU, een pan-Europees fonds ter waarde van 2,1 miljard euro dat bestaat uit een combinatie van zowel publieke als particuliere fondsen.

Veel bekender is het EU Horizon2020-programma, waar SwiftComply door gefinancierd wordt. Deze financiering gaf toegang tot middelen voor onderzoek en het strategisch plannen van de marktpenetratie. De inzichten die CEO Michael O’Dwyer en zijn team hebben opgedaan, waren cruciaal voor de lancering in 2017 in Dublin. Hoewel SwiftComply toen nog maar een jaar oud was, beseften ze dat ze nog maar aan het begin stonden van een wereldwijd verhaal.GovTech groeit ieder jaar met 20%

Onlangs nog verklaarde de Franse president Emmanuel Macron het volgende: “Er is nog nooit een beter moment geweest om openbare diensten betaalbaarder en toegankelijker te maken, met behulp van nieuwe technologische oplossingen.”

De grootste uitdagingen binnen de publieke sector liggen binnen de volgende domeinen: mobiliteit, gezondheid, milieu, veiligheid, internationale ontwikkeling, eGovernment en burgerparticipatie.

Ook Alexander De Croo, Minister van Digitale Agenda, kwam in Parijs aan het woord

De voorzitter van de eerste wereldwijde GovTech-top in Parijs, Daniel Korski, verwacht dat de 400 miljard dollar tellende GovTech-industrie wereldwijd in de komende zes jaar met 15% per jaar zal toenemen: "Als je kijkt naar de exponentiële groei die we in andere sectoren hebben gezien en rekening houden met de stijgende vraag van de vergrijzende bevolking en de toenemende eisen van burgers, is het niet zo gek om je in te beelden dat GovTech binnenkort de volgende biljoenensector wordt.

De berekening is gebaseerd op het GovTech UK Market-rapport van venture-onderneming Public in het afgelopen jaar, waarin alleen al in het Verenigd Koninkrijk een GovTech-groei van 20% per jaar werd vastgesteld. Voor alle duidelijkheid: het VK is momenteel wereldleider in GovTech.

De schaalbaarheid van de oplossing

Naarmate de beleidsproblemen mondialer worden en er steeds technischer oplossingen worden geboden, kan men deze oplossingen ook meer over de grenzen verdelen waardoor de markten voor govtech-bedrijven alsmaar groter worden.

Sommigen maken zich echter onterecht zorgen dat start-ups niet in staat zijn om voldoende snel te schalen bij grote bevolkingsgroepen. Het meest aangehaalde bewijs is dat de digitale bevolkingen op dit moment kleine landen zijn, zoals Estland en steden.

Maar het tegendeel is waar. Als een technologie in één stad werkt, zal deze vrijwel zeker in een andere stad werken. De volgende generatie unicorns zullen technologiebedrijven zijn die met de overheid werken, een enorme grote maar vooralsnog onbediende markt. Het is 's werelds grootste softwaremarkt en vaak de grootste werkgever van het land.

Neem nu Citymapper bijvoorbeeld, een app voor openbaar vervoer, opgericht door de voormalige Google-medewerker Asmat Yusuf, startte in 2011 nadat Transport for London zijn gegevens beschikbaar had gesteld. New York volgde in 2013 en de app wordt nu wereldwijd gebruikt.

En dan is er ook nog Remix Software, een platform voor planning van het openbaar vervoer dat in 2014 werd gelanceerd door de oprichters Tiffany Chi en Daniel Getelman met 12 miljoen dollar aan financiering, wordt nu door meer dan 200 steden over de hele wereld gebruikt.

En tot slot is er Slack, de samenwerkingstool die al lang ingeburgerd is in de start-up wereld en nu ook op verschillende overheidsdepartementen courant wordt gebruikt.

Samenwerken met overheid vergt strategisch geduld

Voor kmo's en start-ups zijn zowel de reputatie als de financiële voordelen voor de hand liggend: de overheid is een stabiele klant die (hopelijk) altijd kan betalen en aantrekkelijk is voor missie georiënteerde startups die een verschil willen maken.

De ware kracht van GovTech ligt in het vermogen om overheden te helpen transformeren en doeltreffend te innoveren. Dit houdt kansen in, zoals communicatie met burgers. De potentiële voordelen zoals betere transparantie, datakwaliteit en compliance betekenen dat overheden volop use cases kunnen uitrollen doorheen de hele publieke sector.

De ware kracht van GovTech ligt in het vermogen om overheden te helpen transformeren en doeltreffend te innoveren

Grote en verouderde IT-contracten lopen stilaan op hun einde. Het moment om overheidsopdrachten uit te schrijven is aangebroken om te gaan nadenken hoe kleine wendbare start-ups kunnen deelnemen aan nieuwe opdrachten. Het is absoluut noodzakelijk om na te gaan hoe Europa kan voortbouwen op dit momentum om deze kans te grijpen. Europa moet daarom werk maken om de drempels voor start-ups weg te werken.

Voor veel technologiebedrijven en investeerders was de werking van de overheid ondoorzichtig. Traditioneel zijn investeerders voorzichtig vanwege de complexiteit van betrokkenheid bij het besluitvormingsproces van de overheid, de organisatiestructuur, administratieve rompslomp rond commerciële contracten, gevestigde leveranciers en regelgeving.

Maar het werkt in twee richtingen. Overheden zijn zich meer bewust van open staan ​​voor innovatie en het creëren van makkelijke toegang voor innoverende bedrijven. En uiteindelijk betekent de betrouwbaarheid van de overheid als klant dat elke investering het risico spreidt. De financiering voor govtech start-ups bedroeg in 2016 niet minder dan 336 miljoen dollar, een cijfer dat tussen 2012 en 2016 een groei van 305% liet zien, aldus CBInsights.