Jorik Rombouts, CEO van Rombit

Amper dertig jaar is hij, maar hij staat al aan het hoofd van Rombit, een IoT-bedrijf dat meer dan 65 medewerkers telt. Jorik Rombouts is daarmee geen unicum: je kunt exact hetzelfde zeggen over ondernemers zoals Teamleaders Jeroen De Wit of PieSyncs Ewout Meyns. Maar de manier waarop deze Antwerpenaar zijn zwaktes ombuigt tot sterktes om een wereldbedrijf te bouwen, is bijzonder noemenswaardig. Ik luisterde naar het ondernemersverhaal en de visie van Jorik Rombouts.

Geen technologie- , maar oplossingsgericht bedrijf

Rombouts was altijd al een ondernemer die nergens gras over liet groeien. Als student schreef hij een app voor een vastgoedkantoor, dat zo betere schattingen zou kunnen maken. “Op mijn stageplek stelde ik voor om die software binnen te brengen en die helemaal uit te bouwen”, vertelt hij. “Ik kreeg een ‘njet’, dus was de keuze snel gemaakt: toen ik mijn diploma in handen kreeg, heb ik mijn bvba opgericht en een medewerker in dienst genomen. Voor één klant een applicatie schrijven was leuk, maar ik wilde meerdere producten onder eigen naam in de markt zetten. Producten die konden worden gebruikt door verschillende bedrijven.”

Zo gezegd, zo gedaan: het toenmalige piepjonge Rombit lanceerde The Brokery, een eigen systeem voor makelaars en notarissen om schattingsverslagen en plaatsbeschrijvingen te maken. Vandaag mag de scale-up uitpakken met tal van eigen softwareinnovaties, waaronder technologie om verplichte aanwezigheidsregistraties op bouwwerven vlot te laten verlopen, en ‘slimme’ parkeerborden. Toch is het geesteskind van Rombouts naar verluidt allerminst een technologiebedrijf. “We laten de bestaande infrastructuur voor wat ze is, en voegen daar een nieuwe laag intelligentie aan toe volgens een slim platform”, legt hij uit. “Ideaal, want mensen zijn van nature zoals water: ze kiezen automatisch de richting die het minste weerstand met zich meebrengt. Als start-up kun je geen B2B-bedrijf binnenwandelen en droogjes voorstellen om de boel helemaal anders aan te pakken. Rombit kijkt naar de bestaande processen van een bedrijf, en koppelt dan met slimme technologie om die efficiënter te maken.”

Voor ons is Internet of Things geen trendwoord, maar gewoonweg dagelijkse kost

Niet zonder succes, dat is duidelijk. Het bedrijf buigt zich vandaag over IoT-projecten voor klanten zoals DEME, PSA, Brabo en Stad Antwerpen. “Het lijkt niet evident dat een start-up meteen voor zulke namen mag werken”, geeft Rombouts toe. “Maar door je bedrijf als expert in één domein te positioneren, kan je heel snel naam maken. Je moet de business case door en door kennen voor je nieuwe technologie kan introduceren. Internet of Things is anno 2018 een echt trendwoord, maar voor ons is het al langer dagelijkse kost. Bovendien is Rombit gestart met projecten voor de overheid, waardoor we heel snel vertrouwen wonnen van de grote massa.”

People business

Koppelingen maken is niet alleen de essentie van Rombit, maar ook van Rombouts als persoon. “Ik heb het syndroom van Gilles de la Tourette (GTS) en ADD”, vertelt hij openhartig. “Dat brengt dwangneuroses, tics en aandachtsstoornissen met zich mee, wat op zich heel vervelend is. Maar de stoornis maakt me ook hoogsensitief en creatief, waardoor ik in staat ben om snel verbanden te leggen. Terwijl jij dit interview afneemt, heb ik alles gezien en gehoord wat er zich in deze ruimte afspeelt en zet mij aan het denken. Maar dat heeft ook zijn voordelen, als je weet dat ik tijdens klantgesprekken razendsnel met oplossingen uit de bus kan komen. Ik detecteer meteen opportuniteiten, en weet de juiste dingen aan elkaar te koppelen. En systemen koppelen, dat is uiteindelijk waar Rombit voor staat.”

Als je een bedrijf wil laten groeien, dan moet je zelf wegblijven van je kernactiviteiten

Toch wil Rombouts niet de loftrompet naar zichzelf schallen. “Ik ben het gezicht van het bedrijf, maar elke dag opnieuw besef ik dat ik het moet hebben van de specialisten rondom mij”, stelt hij. “Eigenlijk is het ironisch: in het secundair onderwijs wilde ik wetenschappen gaan studeren omdat ik daar minder goed in was. Ik wilde beter worden in de vakken waar ik geen aanleg voor had. Vandaag doe ik het omgekeerde en houd ik me niet langer bezig met specialistenwerk zoals programmeren. Als CEO ben ik een generalist die gebeten is door innovatie en de toekomststrategie van het bedrijf. Want als je een onderneming wil laten groeien, dan moet je zelf niet langer bezig zijn met de kernactiviteit. Dat is overal zo - ook voor pakweg een loodgieter. Als die groot wil worden, dan moet hij zelf vooral afstappen van loodgieterij. Deels is dat het geheim achter Rombits snelle groei: ik heb vanaf dag 1 geleerd om te delegeren. Tuurlijk zou ik alles zelf doen als het kon - ik ben een perfectionist in hart en nieren. Maar ik vind het leuk om mensen te vertrouwen. Ik vind het leuk om bij te dragen tot de persoonlijke ontwikkeling van het hele team. Een start-up runnen klinkt cool, maar je draagt wel de verantwoordelijkheid dat je medewerkers aan het einde van de rit een gezin kunnen onderhouden.”

Geen Belgische angsthaas

Twee van die medewerkers zijn Dirk Michiels en Kimball Felix - respectievelijk voormalig CEO van systeemintegrator Ferranti en medeoprichter van fintechspeler Clear2Pay. Zij steken mee hun schouders onder de verdere uitbreiding en internationalisering van Rombit. Naast diens vaste uitvalsbasis in Antwerpen en een vaste stek in Singapore, plant Rombouts bedrijf een verdere uitrol naar de Verenigde Staten.

“Ik vind het belangrijk om hoog te blijven mikken”, bevestigt Rombouts. “Soms krijg ik hier in België het gevoel dat we te veel de angsthaas uithangen. Als ik erop terugkijk, dan stel ik vast dat ik enorm veel risico’s heb genomen - ik ben misschien dan geen echte Belg (lacht). Maar wie als ondernemer geen risico’s neemt, botst vroeg of laat toch tegen een tegenslag.”

Toch geeft Rombouts aan dat het in België geen evidentie is om te ondernemen. “Het feit dat je een start-up bent, is je sterkte en tegelijk je grootste zwakte”, spreekt hij uit ervaring. “Elk bedrijf doet het liefst business met gevestigde waarden. Hoewel we het allemaal wel beweren, geven we jonge bedrijven amper de kans om hun business te komen verkopen. Vertrouwen winnen is dus iets waar je aan moet werken.”

Je hoeft niet per se vanaf dag één globaal te denken, je kunt perfect beginnen in je thuismarkt

Of je daarom vanaf dag 1 naar het buitenland moet lonken, laat Rombouts liever in het midden. “Volgens mij kun je perfect beginnen in de thuismarkt, en op je sterktes verder bouwen en zo uitbreiden naar andere landen”, vindt hij. “Zelf zijn we al internationaal actief, maar ik vind het toch geruststellend dat we de Haven van Antwerpen (waarvoor Rombit de technologische infrastructuur en drones voorziet, nvdr) als testgebied kunnen gebruiken. Aangezien de Belgische markt ons tamelijk goed kent, krijgen we hier veel meer kansen dan in het buitenland."

"Ik word er echt gelukkig van als een CEO van een bedrijf mij zegt dat we iets hebben verwezenlijkt wat een ander nooit had gekund. Het feit dat je dat als kleine speler kunt bolwerken, geeft mij een fantastisch gevoel.”