foto: Miloe van Beek (Fotograaf: Wendy van Hardeveld)

Ondernemen is hipper dan ooit. Het aantal start-ups boomt als nooit tevoren. Maar doorheen al die mooie en motiverende succesverhalen loopt er één opvallende rode draad: de fouten, de blunders en zelfs de eclatante mislukkingen blijven doorgaans zwaar onderbelicht. De Nederlandse journaliste Miloe van Beek sprak de voorbije jaren met veel ondernemers, en uit die gesprekken distilleerde ze 13 fouten die je als ondernemer beter kunnen maken. Die bundelde ze in een boek.

“Met dit boek hoop te bereiken dat beginnende ondernemers minder bang zullen zijn om fouten te maken", steekt van Beek van wal. “Ook hoop ik startende ondernemers te helpen om veelgemaakte fouten of verkeerde beslissingen sneller te herkennen. De meeste ondernemers hebben niet bepaald een gebrek aan dadendrang, maar in al de succesverhalen die we achteraf te lezen krijgen, lijkt het alsof zij die het zo ver geschopt hebben nooit fouten maakten. Dat is uiteraard klinkklare onzin: fouten en blunders zijn gewoon een groot taboe, en dus schuiven succesvolle ondernemers hun beginnersfouten liefst zo ver mogelijk onder de mat.”

Ondernemers zijn mensen die doorgaans niet met de stroom meegaan. Dat maakt hen uniek, maar ook kwetsbaar

Stoppen is vaak lastiger dan doorgaan, zeker voor een ondernemer. Want stoppen, dat wordt haast automatisch geassocieerd met mislukken. En daar wil een ondernemer uiteraard niet van weten. “Als ik uit al die interviews met starters én gevorderde ondernemers één ding geleerd heb, dan is het wel dat een goed gesprek of het nodige overleg je op termijn heel veel ellende kan besparen,” klinkt het. “Laat dit boek dus vooral een pleidooi zijn om veel te praten, ook en vooral met mensen buiten je eigen kring. Fouten maken mag en moet soms, als je er vervolgens maar iets van opsteekt.”

Fouten, een natuurlijke selectie?

Het klinkt misschien wat cru, maar fungeren fouten of verkeerde beslissingen niet als een soort van natuurlijk selectiecriterium? En zijn op termijn niet enkel die starters die op de beslissende momenten niet in de fout gaan of die bepaalde valkuilen handig weten te omzeilen uit het juiste ondernemershout gesneden?

Je moet op tijd je fout inzien en desnoods radicaal van koers veranderen

“Dat lijkt me wat overdreven", geeft Van Beek aan. “Ik heb het gevoel dat het vaak vooral een kwestie van veerkracht is, en dat het dus vooral van belang is om tijdig de juiste lessen te trekken uit je fouten. Nogal wat ondernemers schieten ook niet meteen van bij de eerste poging raak: een eerste project mislukt, maar daarna proberen ze het nog eens, tot ze finaal wel op het juiste spoor zitten. Het komt er dus net zo goed op aan om tijdig in te zien dat je fout zit en desnoods heel radicaal van koers te veranderen. Daar hebben heel wat ondernemers het lastig mee. Terwijl dat net heel moedig kan zijn.”

Personeelsbeleid, niet hun dada

Als er al één domein is, waar heel veel jonge ondernemers opvallend vaak in de fout gaan, dan is het wel het personeelsbeleid. Gaande van de eerste aanwerving tot het coachen en aansturen van die eerste medewerkers.

Van Beek legt uit: “Personeelsbeleid is een vak apart. Het is iets totaal anders dan van niets iets maken, de corebusiness van de echte ondernemer. Het viel me op dat het HR-beleid in zowat alle gesprekken terugkeerde. De juiste keuzes maken als je de eerste medewerkers aantrekt, tijdig lastige beslissingen durven te nemen, het bleek voor zowat alle startende ondernemers verre van evident. Ze hebben het vaak lastig om te erkennen dat ze haast nooit alle vereiste kwaliteiten in één persoon kunnen verenigen, en dat ze voor dat personeelsbeleid dus beter op zoek gaan naar externe expertise. Dat geldt overigens ook een stuk breder: voor startende ondernemers is het vaak een hele stap om pakweg de marketing van hun producten uit te besteden of om de communicatie uit handen te geven. Op langere termijn blijkt dat doorgaans nochtans meer te renderen. Al blijft het wel uitkijken: ga enkel aankloppen bij de juiste mensen, en bekijk vooraf ook even of zij niet gedreven worden door hun eigen belangen.”

Investeerders zijn sneller geneigd om met een start-up in zee te gaan als er drie founders zijn

Is het dan, in die wetenschap, gewoon ook niet beter om enkele mensen rondom je te verzamelen die echt wel op dezelfde golflengte zitten en samen een bedrijfje op te starten? “Ik heb dat niet wetenschappelijk onderzocht, maar het valt me toch wel op dat heel wat acceleratoren of investeerders een stuk sneller geneigd zijn om met een starter in zee te gaan als ze pakweg met drie zijn. De kans dat een jong bedrijfje dan succesvol doorheen die lastige eerste jaren spartelt en dat het een stuk stabieler is in lastige tijden is veel groter.”

Geld maakt blind

Decennialang was het vaste prik, zeker in Europa: kandidaat-ondernemers bij de vleet, maar waar moesten ze de nodige centen vinden om hun startende business te financieren? De jongste jaren lijkt het tij op dat vlak enigszins gekeerd, maar net daarin schuilt volgens van Beek ook weer een ander gevaar.

Start-ups staan volop in de schijnwerpers, maar amper tien procent van al die innovatieve concepten redt het ook écht

“Wie vandaag een vlotte babbel heeft én een professioneel opgemaakt plan kan voorleggen, kan vaak relatief snel flink wat geld losweken bij investeerders. Nogal wat starters investeren die centen dan in een ver doorgedreven ontwikkeling van hun product en stellen de confrontatie met de markt almaar uit. Ze hebben tenslotte genoeg geld opgehaald om het een hele tijd uit te zingen. Vaak testen ze hun product of dienst wel al even uit op vrienden of familie, maar misschien zit daar ook niet de finale doelgroep, of zijn die mensen gewoon ook niet kritisch genoeg. Geld kan dus blind maken, omdat je dan als startende ondernemer te weinig oog hebt voor de behoeftes van de markt, of voor de snelle evolutie die de markt heeft doorgemaakt, waardoor je bijvoorbeeld te laat komt met jouw product."

Opstarten is lastig, maar je start-up uitbouwen tot een levensvatbaar bedrijf, is nog een pak pittiger

"Start-ups staan vandaag volop in de schijnwerpers, maar onderzoek in Nederland wijst uit dat amper tien procent van de bedrijfjes die innovatief zijn, het finaal ook redt. Starten wordt vandaag almaar eenvoudiger, maar een start-up ook op langere termijn uitbouwen tot een levensvatbaar bedrijf is eigenlijk veel lastiger. Het zou niet slecht zijn dat jonge starters dat zelf ook beter beseffen, en dus ook meer aandacht besteden aan het groeiperspectief op langere termijn.”

Een portie lef gevraagd

Is ze er nu, na al die gesprekken met startende ondernemers, zelf ook definitief uit: word je effectief als ondernemer geboren, of kan iedereen wel een eigen bedrijfje opstarten? “Ik denk dat het cliché ergens toch wel klopt: ondernemen, dat zit in het bloed. Dat vertaalt zich in eerste instantie in een extra portie lef en een grote dadendrang, maar net zo goed in een grote drang naar vrijheid. Een van de redenen waarom zoveel ondernemers altijd maar blijven doorgaan, is in mijn ogen het gebrek aan alternatieven. Ze denken dat ze niets anders kunnen, ze willen er zelfs niet aan denken om ooit ergens in loondienst aan de slag te moeten."

"Ondernemers zijn doorgaans niet de mensen die zomaar met de stroom meedrijven. Dat maakt hen uniek, maar ook kwetsbaar. En het betekent ook dat niet iedereen zomaar ondernemer kan worden.”

Miloe van Beek, Yes, I screwed up. ISBN 9789462721012 | NUR 801 | paperback | 128 pagina's | € 21,95 | Thema/Epo distributie | 2017