Pas 29 is Zehra Sayin wanneer ze vijf jaar terug de top- en frontvrouw wordt van Special Olympics Belgium. Haar opdracht: een organisatie op de kaart zetten die op dat moment nog veel te leren heeft, wetende dat ze zelf óók nog zoveel moet leren. Het is een reis die ze aflegt aan 200 km per uur. Al verplicht haar lichaam - Sayin heeft de ziekte van Lyme - haar soms ook om op de rem te gaan staan. “Wat ik geleerd heb van personen met een verstandelijke beperking, van hun families en van de 11.000 vrijwilligers van Special Olympics Belgium, is dat je drive precies voortkomt uit het geloof dat alles mogelijk is.”

Plan en visie voor een beter leven

“Ik herinner het me nog goed”, vertelt Zehra Sayin (36) met een uitbundigheid die het hele verdere gesprek tot een feestje maakt. “Achttien was ik toen mijn papa me aanporde: meisje, is het niet dringend tijd dat je investeert in een appartement?” Papa Sayin is housekeepingverantwoordelijke in een Holiday Inn Hotel, mama is poetsvrouw bij bedrijven. Investeren in vastgoed is een manier om de maatschappelijke ladder op te klimmen. “Ik denk dat mijn ouders, toen ze van Turkije naar België verhuisden, het erg moeilijk hebben gehad om hun weg te vinden. Ze hebben hun kinderen heel duidelijk gemaakt: je moet een goed plan hebben en een visie voor een beter leven.”

Het gezin Sayin is met honderdeneen sociale dingen actief. “Geld inzamelen voor een goed doel of schoolboeken kopen voor kansarme kinderen, allemaal heel kleinschalig. De boodschap die mijn ouders ons wilden meegeven: je kan kansen geven aan anderen door een stukje van je eigen middelen te delen.”

Het was een heel vanzelfsprekende opvoeding, klinkt het, maar wel één die maakt dat iemand in een bepaalde periode van zijn carrière andere beslissingen gaat nemen dan de meeste anderen. “Mijn job bij Special Olympics Belgium is per toeval op mijn weg gekomen, ik was er helemaal niet naar op zoek. Maar ik ben er zeker van dat ik nooit de keuze zou gemaakt hebben als ik die filosofie niet had meegekregen van thuis.”

Een opmerkelijke entree

Zehra Sayin – van opleiding marketeer en intercultureel management – start haar carrière als business developer bij technologiebedrijf Xerox. “Ik was er bezig met veranderings- en crisismanagement. Helemaal mijn ding, ik voelde me daar super comfortabel.”

Bij Special Olympics Belgium deelt ze op dat moment nog lunchboxen uit aan atleten als vrijwilliger. Maar al snel krijgt ze van de organisatie de vraag om als sponsoringverantwoordelijke een nieuwe MarcCom & funda afdeling te creëren. In de ogen van Sayin een uitdaging met een schitterende purpose, dus zegt ze ja. Niet veel later is ze Chief Marketing Officer voor de Europese Zomerspelen van Special Olympics, die België in 2014 zal organiseren.

Zehra Sayin laat zich in die functie meteen opmerken. “We hebben toen de campagne gelanceerd in het straatbeeld met onder andere Kevin De Bruyne en Kim Gevaert, afgebeeld met de ogen van een persoon met het syndroom van Down. Daarmee wilden we vooral de problematiek bespreekbaar te maken, want 165.000 personen in België hebben een verstandelijke beperking.”

Probleem van maturiteit

Het voelt goed, de start van een internationale carrière is gemaakt. Maar met de afloop van de Spelen komt er ook een einde aan Sayins opdracht. Na een missie van een jaar bij International Polar Foundation, klopt Special Olympics Belgium terug bij haar aan: dit keer zijn ze op zoek naar een CEO. “Ik was 29 jaar en vond dat spec-ta-cu-lair. CEO? Dat was toch net iets anders dan opnieuw in een marcom-functie te stappen. Nochtans had ik me echt wel voorgenomen om voor minstens drie à vier jaar terug te gaan naar een privébedrijf. Ik had het gevoel dat ik me nog moest verdiepen in een aantal dingen. Alleen was dit een niet te missen kans.”

Het wordt een compromis dat er eigenlijk geen is: Sayin start voltijds als CEO en neemt na haar uren meerdere mandaten op in diverse organisaties. “Momenteel zit ik in de Raden van Bestuur van onder andere Bozar, Urban Youth Games en Collectief Huma”, somt de onderneemster op. “Daar vul ik mijn avonden en weekends mee. En ik leer nog elke dag bij. Dat vind ik heel belangrijk: door mijn kennis continu bij te schaven, blijf ik een meerwaarde betekenen voor mijn onderneming.”

Ngo’s en vzw’s maken met zo weinig middelen toch zulke grote ambities waar. Wat dat betreft, hebben sociaal ondernemers weinig te leren van anderen

Want als je de blik niet breed houdt, lijkt het soms alsof alles een opportuniteit is, weet Sayin. “Niets is minder waar. Als je kosteneffectief wil zijn, moet je juist strenge keuzes maken. Op dat vlak kan de vzw-wereld nog iets bijleren van het bedrijfsleven. Al kan ik met de hand op het hart zeggen dat het vaker omgekeerd is: ngo’s en vzw’s maken met zo weinig middelen toch zulke grote ambities waar. Wat dat betreft, hebben sociaal ondernemers weinig te leren van anderen.”

“Dat gezegd zijnde, voel je wel dat er nog een probleem van maturiteit is binnen de vzw-setting. Er is minder expertise, maar ook de procesmatige aanpak ontbreekt: wat is het verschil tussen efficiëntie en effectiviteit? Welke SMART-processen moet je implementeren? Hoe beperk je de overheadkosten? Hoe ben je selectief in wat je doet?”

Van 120% naar 100%

Een eerste beslissende knoop die Zehra Sayin doorhakt bij Special Olympics Belgium, is om het financieringsmodel volledig te ontwikkelen in B2B. “Dat wil zeggen: de volledige focus op corporate sponsoring. Een evidente keuze was het niet, want het valt in eerste instantie moeilijk uit te leggen aan je raad van bestuur en je medewerkers: ‘Guys, dit seizoen doen we geen honderden dingen meer, we beginnen met twintig.’ En dan heb je nog al die vrijwilligers die enthousiast op zoek zijn: wat kan ik betekenen voor Special Olympics? Ze zijn ervan overtuigd dat ze best overal aanwezig zijn om visibiliteit te creëren voor de organisatie. Maar je moet enkel dáár zijn waar je effectief awareness genereert. Het is echt niet nodig om met 200 personen naar een evenement te gaan, als dat event geen meerwaarde heeft voor je KPI’s.”

Het is iets wat ik vanuit mijn ervaring in de privéwereld heb meegenomen: je moet eten, drinken, slapen met de producten en diensten van je onderneming.

Het is een moeilijk proces geweest, geeft ze toe. “Maar na verloop van tijd beginnen mensen toch de meerwaarde in te zien. Ze beseffen dat ze misschien beter aan 100% kunnen werken in plaats van aan 120%, zodat er ruimte vrijkomt voor creativiteit en ontwikkeling.”

Het lukt haar zelf tegenwoordig ook redelijk om zich aan die vuistregel te houden, glimlacht Sayin. Al is haar engagement waarschijnlijk wel 200%. “Dat kan ook moeilijk anders, denk ik. Het is iets wat ik vanuit mijn ervaring in de privéwereld heb meegenomen: je moet eten, drinken, slapen met de producten en diensten van je onderneming. Ik ben werkelijk gepassioneerd door de waarden en objectieven van Special Olympics. Het houdt me voortdurend bezig: wat kunnen we nog doen om onze organisatie te verbeteren en te laten groeien? Want zo kunnen we het verschil maken in het leven van personen met een beperking. Dat blijft mijn leidmotief.”

Superkracht

Ze praat en gebaart met de overtuigingskracht van een wervelwind, maar toch moet ook Sayin soms stilstaan. De ziekte van Lyme doet de CEO luisteren naar haar lichaam. “In alle eerlijkheid: als ik aandacht moet geven aan mijn pijn, dan geraak ik niet meer door de dag. Dan blijf ik in mijn bed en zie niemand meer. Gewoon al je tanden poetsen is een moeilijke oefening. Het is een heel bijzondere pijn, die je moet proberen te vergeten.”

“Maar het is een misvatting dat ik me zo op mijn werk gooi óm te vergeten”, voegt de onderneemster meteen toe. “Eigenlijk is het net omgekeerd. Wat ik geleerd heb van personen met een verstandelijke beperking, van hun families en van de 11.000 vrijwilligers van Special Olympics Belgium, is dat je drive precies voortkomt uit het geloof dat alles mogelijk is. Al die mensen blijven dromen en vechten om hun plaats te vinden in een inclusieve maatschappij. Waarom zou ik me dan laten beperken door mijn pijn? Dat vind ik bijna onbegrijpelijk en onaanvaardbaar, dankzij de atleten.”

“Ik zeg wel eens tegen mijn medewerkers: we hebben allemaal een superkracht. Wat is de jouwe? Wat kan jij betekenen voor je collega’s en voor de stakeholders om onze doelen te bereiken? Mijn eigen superkracht is, geloof ik, dat ik overal oplossingen zie. Ik ben iedere keer zo ongelooflijk enthousiast als iemand met een uitdaging komt: ‘Ooh, ik wéét wat we kunnen doen!’ Ik krijg ook de ene na de andere pop-up wanneer mensen een probleem aandragen: ‘Ah, daar is een opportuniteit, of: hier zit potentieel!’”

Het is een houding die ze wellicht heeft opgepikt tijdens haar studies marketing, meent Sayin. “Daar leer je om naargelang het verhaal dat je wilt vertellen je tone of voice te veranderen, de juiste attitude aan te nemen of je op een andere manier te positioneren. Als je een vraagstuk op die manier aanpakt, dan wordt elk bezwaar een open deur naar een oplossing.”