Jacob Bossaer, founder & CEO van BOSAQ

We leven met zo’n 7,7 miljard mensen op onze aardbol, waarvan maar liefst 2,2 miljard geen of amper toegang tot schoon drinkwater hebben. Een ernstig probleem dat zich niet beperkt tot afgelegen gebieden in verre ontwikkelingslanden maar ook Europa parten speelt. “In België zijn zo’n 40.000 woningen niet aangesloten op het drinkwaterleidingnet. In Duitsland zijn dat er zelfs 700.000”, zegt ondernemer Jacob Bossaer. Met zijn bedrijf BOSAQ bouwt hij slimme en modulaire waterzuiveringsinstallaties om dat probleem definitief de wereld uit te helpen. “Tegen 2035 hopen we 35 tot 40 miljoen mensen van drinkbaar water te voorzien.”

Als kind wou hij uitvinder worden. Een droom die sinds de oprichting van BOSAQ in 2017 blijkt uit te komen, want samen met zijn co-founder Pieter Derboven bedenkt Jacob Bossaer decentrale systemen om veilig drinkwater te voorzien op plekken waar dat geen evidentie is. “Onze waterinstallatie is modulair. Dat wil zeggen dat we onze basisopstelling hebben, maar daar verschillende koppelingen kunnen aan toevoegen, afhankelijk van de vervuiling die uit het water moet gehaald worden”, legt Bossaer uit.

BOSAQ, dat in Zwijnaarde (nabij Gent) gevestigd is, test eerst het water van een gebied, gaat na welke rommel erin zit en past de installatie dan aan om het water op de juiste manier te zuiveren. “Die koppelingen hebben we gestandaardiseerd en passen op elk van onze installaties. Dat betekent dus dat we een installatie niet van nul moeten ontwikkelen voor een bepaald gebied. Dat garandeert een lage kost, maar toch een hoge kwaliteit.”

Aan politieke touwtjes trekken

Bossaer is net terug van Suriname, waar hij in het diepe binnenland enkele van die waterzuiveringsinstallaties heeft opgezet. “Op dit moment is er één operationeel, tegen het einde van de zomer zullen dat er vijf zijn en er zullen nadien nog tien tot twintig installaties bij komen”, zegt de Oost-Vlaamse ondernemer. “We voorzien daarmee 12% van de binnenlandse bevolking van Suriname van drinkbaar water. Dat is een wereld van verschil voor die mensen en bij uitbreiding het hele land.”

De impact van schoon water is immens: in plaats van zo vaak ziek thuis te zitten, kunnen kinderen gewoon naar school en volwassenen naar hun werk. Die eersten groeien gezond op, die laatsten hoeven zich geen zorgen maken dat ze hun job verliezen omdat ze vaak ziek zijn.”

Het komt de economie van een land als Suriname ten goede om in te zetten op proper drinkwater. En dat is een insteek die Bossaer maar al te graag bovenhaalt wanneer hij met de leiders van een land aan tafel zit. “Onze klanten zijn overheden. Dat wil dus zeggen dat ik ook op politiek niveau moet onderhandelen.”

Als mensen met tranen in hun ogen naar mij toe komen gelopen omdat ze zo dankbaar zijn dat ze eindelijk drinkbaar water hebben, dan weet ik dat we met BOSAQ op de goede weg zitten

De duurzame ondernemer trekt met andere woorden continu aan politieke touwtjes, iets wat hem eigenlijk goed afgaat. “Ik ben ondernemer en absoluut geen politicus, maar ik moet wel mee kunnen gaan in het politieke discours. In elk land - of dat nu Suriname, Ghana of België is - spelen onderlinge machtsverhoudingen waar je rekening mee moet houden. Zowel binnenin de regerende partij zelf als binnen de regering en de oppositie. Ik moet me goed voorbereiden op elke ontmoeting en gesprek want om het spel slim te spelen, moet je precies weten wat er in een bepaalde regio of land allemaal speelt.”

Ondanks de moeilijkheden en frustraties die samenwerken met overheden soms met zich meebrengen, voelt Bossaer zich er als een vis in het water. “Weet je waarom? Omdat ik impact kan realiseren. Omdat ik weet dat ik een verschil kan maken voor mensen in dat land. Iedereen raadde me af om met overheden samen te werken, maar dat lukt me wel. Samen met die leiders bereiken we wel degelijk iets. En als mensen met de tranen in hun ogen naar mij toe komen gelopen omdat ze zo dankbaar zijn dat ze eindelijk drinkbaar water hebben, dan weet ik dat we met BOSAQ op de goede weg zitten.”

Commercieel bedrijf versus sociale missie

De wereld willen verbeteren, een positieve impact creëren: een mooie missie, maar eentje waarvan Bossaer toegeeft dat er een stukje goedgelovigheid voor nodig is. “Je moet inderdaad wat naïef zijn om keihard te geloven dat je de wereld kan verbeteren. Mensen zeggen me vaak dat het niet kan, maar dat is net wat mij drijft. Op school hebben ze me aangeraden om naar beroeps te gaan; ik heb Latijn-Wiskunde gevolgd. Gewoon omdat ik wou bewijzen dat ik het wél kon. Met die drive ga ik nu nog door het leven: ‘wacht maar, we zullen wel eens zien’, zeg ik als mensen niet geloven in mij of onze projecten.”

Of hij ooit klaar zal zijn met zijn missie om de wereld te verbeteren? “Pas als al die 2,2 miljard mensen schoon water hebben”, zegt hij. “En als we een installatie op Mars hebben”, lacht hij nog. “Een ondernemer stopt nooit hé. Doorzettingsvermogen: de beste eigenschap die je als entrepreneur kan hebben.”

De oprichter benadrukt wel dat ondanks die erg sociale missie, BOSAQ nog altijd een winstgevend bedrijf moet worden. “We zijn uiteraard een commercieel bedrijf, en willen dus ook geld verdienen. Binnen vijf jaar wil ik met BOSAQ minstens 10 miljoen euro omzet draaien en binnen vijftien jaar de nummer één zijn in decentrale drinkwaterzuivering wereldwijd”, klinkt het onomwonden. “Met zo’n ambities moet je uiteraard strategisch nadenken, ook op lange termijn. Eén waterinstallatie neerzetten in één gebied, levert bijvoorbeeld te weinig op. Daarom leggen we meteen de grote contracten op tafel bij onze klanten.”

Of die kapitalistische denkwijze wel past bij dat sociaal ondernemen? “Absoluut! Er heerst een perceptie dat de combinatie van die twee niet kan, maar met BOSAQ bewijzen we dat je wel degelijk kan ondernemen in een op winst gericht bedrijf en tegelijk sociale doelen kan behalen. Niet alleen hebben we directe impact op mensenlevens, we hebben aan ons bedrijf ook een vzw gekoppeld waar 10% van onze winsten naartoe gaan. In die pot komt nu al wat ik verdien aan speeches die ik geef over de waterproblematiek of bijdragen van andere ondernemers die mee geloven in wat wij doen.”

Een dosis positivisme

Jacob Bossaer is opgegroeid in een eerder anti-kapitalistisch gezin. “Maar in tegenstelling tot mijn broers en zussen die tegen kapitalisme ingaan, heb ik ervoor gekozen om het van binnenuit te veranderen”, zegt hij. Om op die manier te werk te gaan, is een goeie dosis positivisme nodig, bevestigt de ondernemer — iets waar hij geen gebrek aan heeft. “We zijn al drie keer bijna failliet geweest. Je zou dan in een hoekje kunnen zitten en afwachten. Of je gaat er keihard tegenaan met het onbreekbare geloof dat je een oplossing kan vinden. En wij hebben elke keer weer project verkocht en investeerders gevonden die in ons geloven. De grootste financiële ondersteuning halen we immers uit verkoop en dus niet alleen uit externe financiering.”

Ik heb zélf ook veel risico’s genomen met BOSAQ, maar daar lig ik niet van wakker”, gaat Bossaer verder. “Ik ben opgegroeid in een sociale wijk en weet wat het is om met weinig te leven. Ik heb helemaal geen schrik om daar naar terug te gaan. Ik heb niet veel nodig, behalve een professionele bezigheid die mij voldoende energie geeft. BOSAQ op de kaart zetten is in die zin the perfect job!”

“Wat er ook gebeurt, mijn missie zal nooit veranderen. De wereld verbeteren is mijn purpose in life. Ik heb mijn doel gevonden. En ik prijs mij gelukkig dat ik er mijn beroep van heb gemaakt.”